Een klein gebaar, een groot verschil 🌿

Wat leven we toch in een wereld vol haast. We rennen van afspraak naar afspraak, scrollen eindeloos op onze telefoons en vergeten onderweg soms iets heel simpels: een glimlach, een groet, een écht gesprek.

Maar toen ik vorig jaar de Olavsleden liep, de pelgrimsroute van Zweden naar Noorwegen, werd ik aangenaam verrast. Niet alleen door de prachtige natuur en het gevoel van onderweg zijn, maar ook door de mensen. Er was altijd tijd voor een praatje of een groet. Niet alleen van andere wandelaars of pelgrims, maar ook van de lokale bevolking. In Zweden en Noorwegen zeggen mensen gewoon nog gedag tegen elkaar. “God morgon!” of “God tur!” En ja, dat doet echt wat met je. Een klein gebaar, een beetje positieve energie. Heerlijk.

Wat me opviel: mensen daar zitten minder met hun hoofd in hun telefoon. Ze zijn aanwezig. Ze zien elkaar. Ze zijn vriendelijk, behulpzaam en hebben aandacht voor wat er om hen heen gebeurt. Die aanwezigheid maakt dat je je gezien voelt, alsof je weer even onderdeel bent van een groter geheel.

’s Avonds, in de hostels en herbergen, was er nog meer ruimte voor échte gesprekken. Met mensen die je net hebt leren kennen praat je ineens over het leven, de dag, de mooie en minder mooie momenten. Geen oppervlakkigheid, maar gesprekken die binnenkomen. Open, oprecht en onverwacht vertrouwd. Het lijkt alsof de weg, de stilte en de natuur iets in ons losmaken. We laten onze muren zakken en durven onszelf te laten zien, gewoon zoals we zijn.

Dat zette me aan het denken. Waarom doen we dat hier eigenlijk zo weinig? Zou het in Nederland ook (weer) kunnen? Ik ben zelf begonnen met iedereen die ik passeer aan te kijken en te groeten. En weet je? Dat levert mooie reacties op. De één is verrast, de ander groet terug met een brede glimlach. Soms kijkt iemand je niet aan en dat is ook oké. Maar steeds vaker is er dat kleine moment van contact. En dat maakt een verschil. Zeker voor het gevoel, dat kleine gebaar doet wat met je.

Natuurlijk, ik ben ook niet heilig. Mijn telefoon weet me ook vaak genoeg te vinden. Maar ik probeer bewuster om te gaan met mijn aandacht. Mijn telefoon staat op trillen, alleen écht belangrijke meldingen komen nog door. Ook op mijn horloge komen geen overtollige berichten meer binnen. Zo houd ik meer ruimte over voor wat er écht toe doet: de mensen om me heen en het nu.

En het mooiste van dit alles? Het werkt. Echt. Een groet wordt een glimlach. Een glimlach wordt een praatje. En soms groeit daaruit een ontmoeting die je bijblijft. Zo eenvoudig kan het zijn.

Dus… wie groet jij vandaag?🙋‍♂️

Misschien is het die buur die je altijd alleen ziet lopen. Of de kassière bij de supermarkt. Of gewoon die onbekende die je op straat passeert. Geef het een kans. Misschien verandert het je dag. Of die van een ander.

In mijn boek📖 vertel ik nog veel meer over mijn ervaringen en ontmoetingen langs de Olavsleden, de prachtige pelgrimsroute van Zweden naar Noorwegen. Over de rust, de mensen, de inzichten onderweg.
Een persoonlijke reis vol verwondering, omdenken en kleine grote momenten.

📖 Te koop via: www.stolavsleden.nl/mijn-boek

Wandelen? Zonde van je tijd!

Dat hoor ik dus best vaak. “Wandelen, wat zonde van je tijd.” Je schiet niet op, het gaat langzaam, en meestal eindig je weer op de plek waar je begon. Tja, als je het zo bekijkt, lijkt het misschien ook wel een beetje zinloos.

Maar juist in die opmerkingen zit, wat mij betreft, de hele essentie van wandelen verscholen.

Wandelen is vertragen. Even loskomen van het tempo van de dag, de klok die tikt, de agenda die roept. Je komt letterlijk in beweging, maar innerlijk sta je even stil. En ja, soms kom je weer uit op hetzelfde punt als waar je begon, maar geloof me, je komt er anders aan.

Na een wandeling van bijvoorbeeld tien kilometer ben je misschien fysiek terug op dezelfde plek, maar mentaal heb je vaak een hele reis gemaakt. Gedachten zijn op hun plek gevallen, dingen zijn helderder geworden. Hoe langer je loopt, hoe dieper je denkt, hoe meer je uit de knoop raakt.

Een paar keer per jaar ga ik met een stel vrienden op pad. Meerdaagse wandeltochten, tentje of hangmat mee, koken op een vuurtje. We praten veel, lachen veel, en bij het kampvuur lossen we de wereldproblemen op, of in elk geval doen we een poging. Na zo’n weekend stap ik opgeladen terug de ‘echte wereld’ in. Dat is zo’n fijn gevoel: fris in je hoofd, warm vanbinnen.

Maar dan zijn er ook die tochten die je alleen maakt. Zoals ik vorig jaar deed, vijf weken lopen in m’n eentje. Daar kun je je vooraf eigenlijk geen voorstelling van maken. Je hebt zoveel tijd. Tijd om na te denken, om stil te worden, om te voelen wat er in je leeft. Ook de dingen waar je normaal liever niet aan denkt. Maar tijdens het wandelen komen ze toch. En gek genoeg: dat is goed.

Het lucht op. Het geeft ruimte. Dingen krijgen een plek.

Ik bedoel dat letterlijk: het plaatst dingen. Herinneringen, gedachten, gevoelens die soms elke dag door je hoofd blijven malen, ineens zijn ze er nog wel, maar ze overheersen niet meer. Tijdens die tocht heb ik daar veel over mogen nadenken. En wat ik daaruit gehaald heb? Rust. Begrip. Acceptatie.

Wandelen is dus allesbehalve zonde van je tijd. Het is misschien wel het beste wat je met je tijd kunt doen.

Wat het mij allemaal heeft gebracht? Daar heb ik een boek over geschreven. Je vindt het hier:

👉 www.stolavsleden.nl/mijn-boek